Bijzonder.

Iedereen heeft wel eens een bijzonder moment in hun leven. Het kan een bijzonder cadeau zijn, wat je van een dierbare hebt gekregen. Je eerste zelf verdiende vakantie van je vaste baan of een reis die bijzondere uitstapjes kende. Of je eerste liefde. Trotse ouders die de geboorte van hun kind willen delen met de kersverse grootouders.

Het zijn bijzondere momenten die je zo voor de geest kan halen, terwijl je voor andere na te denken dingen heel diep moet graven.

Alleen dat maakt het al heel bijzonder van ons brein. We gebruiken het woord bijzonder dan ook best wel vaak in ons doen en laten. Neem nu het woord bijzonder eens op zich. Eigenlijk bestaat het uit twee woorden, dus je kan het knippen in bij en zonder. Dus eigenlijk mag je stellen dat zonder dat jij er bij bent, het niet bijzonder zou zijn geweest. Dat zou dus aangeven hoe bijzonder jij dan wel niet moet zijn, los van de gebeurtenis op dat moment.

Stel dat jij van jouw eerste vakantiegeld van jouw vaste baan gebruikt voor een mooie vakantie in Frankrijk, dat is al bijzonder. Een reisgids laat jou met jullie reisgezelschap alle mooie plekjes van Parijs zien. Daartussen zit ook nog eens jouw eerste liefde. Boven op de Eiffeltoren kom je ook mij nog eens tegen, hoe bijzonder is dat. Ik moest er zijn, anders kon ik dit bijzondere verhaal niet schrijven, maar dat snap je vast wel.

Maar zonder om te dollen, je kan inderdaad een bijzonder persoon zijn. Doe je gewoon, dan doe je misschien al gek genoeg. Je kan verschijnen op een bijzonder moment bij een gebeurtenis en daar soms zelfs ongewild de hoofdrol spelen. Op het juiste moment komen voor een luisterend oor of een schouder om op te huilen of te leunen, hoe bijzonder is dat.

Als ik zeg dat er twintig keer bijzonder in dit verhaal staan, zijn er mensen die dit nog gaan tellen ook. Bijzonder is dat toch. Als de tellers dan mij vertellen dat er een minder is, hebben ze de titel waarschijnlijk niet meegeteld. O ja hoor je dan, wat bijzonder. (Je mag hier om glimlachen). Bijzondere tellers hou je nu toch eenmaal en schrijvers ook.

©2022 Martin Wichink.