Je staat er vaak niet eens bij stil dat kinderen vaak dingen vanuit een andere invalshoek de dingen bekijken, omdat ze nu eenmaal kleiner zijn. Zo was ook het jongste kleindochter Lily een keer bij ons logeren. Tegen de avond kroop ze wat vermoeid bij opa op schoot. We namen nog even de dag door. Spelen in het speelbos, wandelen met Feya onze hond, boodschap doen bij de spar en natuurlijk het lekkere eten waar ze van gesmuld heeft na een dagje buitenlucht.
Meestal vecht ze wel tegen de slaap, door nog dingen te ondernemen zoals spelen met het poppenhuis of iets dergelijks.
Nu zat ze heerlijk tegen mij aan en af en toe zakten haar oogjes bijna dicht. Plots is ze ineens er weer en heeft een helder ogenblik. Dan gaat er weer wat gebeuren. Meestal zoekt ze dan zelf een bezigheid, maar nu was dat niet het geval.
“Opa”.
“Ja Lily”
“Opa, heb jij zere tandjes?”
Een ogenblik moet ik even nadenken en besef dan dat zij naar boven kijkt. Als ik naar beneden kijk en tegen haar praat, kijkt zij in mijn mond tegen de oude kwikvulling aan. Natuurlijk weet ik ook dat zij pas mee is geweest naar de tandarts en in de stoel mocht zitten. Ook is er in haar mondje gekeken en alles was goed.
“Lily”
“Ja opa?”
“Opa heeft geen zere tandjes hoor. De tandarts heeft alle gaatjes gemaakt.”
Ze kijkt me aan van dat zal wel en kijkt nog even. Dan kruipt ze weer tegen me aan en stribbelt ook helemaal niet tegen, als ze even later naar bed moet. Morgen gaan we het weer gezellig maken.
©2017 Martin Wichink.
Reactie plaatsen
Reacties