Dr. Love in het Walhalla.

Als verslaggeefster van de Gelderse krant mogen wij bij hoge uitzondering, een kijkje nemen in het Walhalla op de Zwarte Cross. Hier vieren vaste campinggasten van dit festijn tot in de late uurtjes nog een eigen feestje. Ons is ter ore gekomen, dat er hier een gast moet zijn met de titel Dr. Love.

 

“Ben jij Harrie?”

Een jongeman in echt campingoutfit staat voor ons. Bruin getint in een mouwloos T-shirt, joggingbroek boven zijn gympen, die zwart zien van het lopen over dit terrein.

“Ik ben Angelique, journalist van de Gelderse krant.” Zo stel ik me voor, als er een bevestigend knikje is van hem. “Mag ik jou een paar vragen stellen?”

Weer is er een knikje van goedkeuring, terwijl hij mij opneemt van de voeten tot mijn hoofd.

“Kom in de caravan, daar kunnen we rustig praten.” We komen nu verder dan we durfden te hopen. Dus stel ik mijn eerste vraag, nadat we ons gesetteld hebben.

“Hoe kom jij aan de titel van Dr. Love?”

Hier blijkt toch een stukje geschiedenis aan vast te zitten.

Ooit was Herman Finkers met een stukje op tv. Hij ging met zijn vrouw op kraambezoek bij een bekende.

Zoals alle trotse ouders heb je natuurlijk de mooiste baby. Herman keek over de rand in de wieg en zag daar een hele lelijke baby liggen. Maar hoe zeg je dat netjes tegen zulke trotse ouders, die je ook niet wilt krenken. Dus bedacht hij ter plekke dat het een verschrikkelijke lieve baby moest zijn, want zij waste haar handen nu nog in onschuld.

 

“Maar wat heeft dit nu met jou en jouw titel te maken dan?”

“Het is heel simpel. De knapste meisjes en jongens kunnen iedereen om hun vingers winden in de liefde. Er blijven dan genoeg teleurgestelde meisjes over. Die stel ik dan gerust.

Hier op de zwarte cross gebeurt dit ook en door de nodige jaloezie en de alcohol versterkt dit misschien nog wel meer. Maar de ervaring leert dat een aangeschoten vrouw, een engel is in bed. Met liefdevolle woorden en wat lichamelijke massage komt het hier soms tot meer.  Ze gaan in ieder geval blijer de deur uit, dan hoe ze binnen kwamen.”

“En dat teiltje water daar onder het bed, waar dient dat voor?”

“Als je het echt wilt weten, dan ga je daar op de rand van het bed zitten.”

Gewillig neem ik plaats en zie dat hij de veters van mijn schoen los maakt. Even later volgt mijn andere schoen en beide sokken.

“Zet nu je voeten hier in het teiltje met water.” Zijn geoefende vingers wassen mijn voeten en zorgen dat het zand tussen mijn tenen verdwijnt en mijn voeten worden zo mooi schoon. Dan pakt hij een handdoek en masseert traag mijn voeten droog. Wat een tinteling in mijn onderbuik oplevert. Als ook de kuiten nog worden gemasseerd worden, dan denk ik dat er geen vragen meer zijn. Zijn antwoord krijg ik toch wel… (zucht)

 

©2015 Martin Wichink.


Reactie plaatsen

Reacties

Martin Wichink
7 jaar geleden

Uitgewerkt na een opmerking die ik ooit hoorde.

Anne-Marie Hoogendijk
7 jaar geleden

leuk !

Rating: 0 sterren
0 stemmen

Klik hier om naar boven te gaan.