Zoals veel mensen wel weten, kan je op de Sallandse heuvelrug prima wandelen. Voor het dorp Haarle betekent dat dit plaatje samen gaat met de Palthtoren, het broedgebied op de Haarlese berg en de heide op de koningsbulten. Dat is dan ook de plek waar ik dit verhaal heb mee gemaakt.
Zoals bijna elke zondagmorgen, maken mijn vriendin en ik graag een wandeling door de bossen of over de heide. Door omstandigheden loop ik vandaag alleen met onze hond. Dat maakt me niks uit, ik ken daar de weg. We vinden het alleen vervelend als het pijpenstelen regent, dan kan het drassig zijn op vele plekken. Maar dan hebben we een alternatieve route.
Maar ik dwaal af van mijn te vertellen verhaal. Via het zandpad van de oude Deventerweg, sla ik op gegeven moment rechtsaf een pad in. Dit loopt langs de schaapskooi. Het is een mooi slingerend pad midden door het bos. Deze komt uit op de zandweg naar Nijverdal toe. Ik steek dit recht over om naar boven te klimmen richting de koningsbulten. In begin gaat het wel, maar het laatste stuk is echt steil. Dit is ook bekend bij de vele hardlopers, die zich hier graag van de sportieve kant laten zien. Verschillende boomsoorten wisselen elkaar af. Bijna ben ik boven aan de top gekomen en dat is het mooiste gedeelte van dit pad, vind ik zelf. Je komt het bos uit en kijkt dan tegen de koningsbulten aan. Vooral met de nu bloeiende heide, maakt het plaatje schilderachtig mooi.
Maar ik dwaal al weer af, verdorie. Op het pad bovenaan op de t-splitsing, zie ik een stadse heer staan. Compleet in zondags tenue. Hij draagt een geruit overhemd, met daarboven een groen fluweelachtig colbert, een korte kaki broek er onder, met aan de onderkant van pijpen van die leren riempjes. Waarschijnlijk om zijn lange beige sokken vast te houden. Of zouden we zijn witte melkbenen niet mogen zien? Verder draagt hij ook nog een groen hoedje met een veertje aan de zijkant.
Van mij mag deze kerel daar gewoon blijven staan, want last heb ik er niet van. Ondanks dat mijn mouwen enigszins wat geluid maken, als ze langs de jas schuren tijdens het lopen, merkt de man mij niet op. Hij lijkt wel in trance met zijn vreemde blik in zijn ogen. Even twijfel ik. Zal ik hem groeten of mijd je een dergelijk excentriek figuur nou juist?
“Goedemiddag, is er wat te zien of bent u verdwaald”, vraag ik uit nette nieuwsgierigheid en behulpzaamheid.
“Sssssst”, is zijn antwoord en brengt een hand aan zijn oor. Ik luister ook een moment, maar hoor helemaal niks. Vervolgens kijkt hij mij aan als ik blijf zwijgen en zegt dan in Algemeen Beschaafd Nederlands tegen mij: ”Die stilte, waar hoor je dat nu nog ergens in Nederland”.
“Ik hoor dat vaak genoeg. Maar dat komt omdat ik hier woon. Als je dit mooi vind, dan moet je hier maar vaker komen luisteren”. Met die woorden laat ik de man alleen en vervolg mijn weg om hem verder niet te storen. Genietend van de bloeiende heide, waar ik in de verte de schapen zie grazen. Ook loopt daar de plaatselijke schaapsherder in de verte met zijn beide collie’s. Omdat we elkaar goed kennen, steek ik uit gewoonte mijn hand als groet op. Blijkbaar is de afstand toch te groot, dat hij mij niet ziet of herkend. Volgende keer beter.
Voordat ik op de Haarlese berg op wandel en weer in het bos ga verdwijnen, kijk ik nog een keer terug over de bloeiende heide. Het blijft een pracht gezicht. Ook staat daar de man nog steeds te luisteren. Hij doet maar, ik ga verder.
Zelf loop ik richting de Palthetoren langs het badhuisje, beter bekend als het heksenhuisje in de volksmond.
Ik passeer de vele grote rododendrons, die als ze in bloei staan rond half mei, een prachtige kleurenpracht geven. Hier kan ik ook enorm van genieten, omdat er meerdere kleuren elkaar afwisselen. Een bos kan zo veel geven, dat je met weinig zo rijk kan voelen.
Ik loop langs de Paltetoren en de jachtopzienerswoning over de weg de berg weer af, richting het dorp. Tijdens het afdalen kijk je vanaf de berg op ons dorp Haarle, omgeven met de vele boerderijen. Zelfs ik blijf even een moment staan, al woon ik daar al bijna een halve eeuw.
Even later kom ik uit bij boerderij ‘De Pas’. Dat is een informatieschuur, waar je info kan krijgen over Natuurmonumenten zelf en de vele activiteiten die ze organiseren. Ook is daar een openbaar toilet te vinden, want na een ochtend of middag wandelen in het bos, kan de nood soms hoog zijn. Toch ga ik de informatieschuur niet binnen, want met een minuut of tien ben ik thuis.
Er komt nog een auto aanrijden, die net uit het bos komt vanaf de parkeerplaats. Daar wacht ik nog even op tot deze mij gepasseerd is. Het is die stadse meneer. De grijns op zijn blije gezicht zegt genoeg, hij heeft genoten van deze zondagmorgen, net als ik. En nu naar huis, waar ik een lekker een kop koffie ga drinken.
©2012 Martin Wichink.
Reactie plaatsen
Reacties
Graag gedaan Frans. Het is elke keer genieten, wanneer ik hier in de omgeving lopen/fietsen mag.
Bedankt voor deze ochtendwandeling doorheen jouw achtertuin, Martin ;)